Column : De bruine kroegen van Sint-Andries (leestijd 1,5 minuut)

Tijdens mijn wandeltochten maak ik graag een tussenstop in een van de vele bruine cafés die onze Sint-Andrieswijk rijk is. Ze zijn meestal te vinden in een pittoresk gebouw met een uitgebreide, interessante geschiedenis die onmogelijk beknopt is samen te vatten. 

Bij het openen van de voordeur komt dan het monotone geroezemoes van mensenstemmen krachtig op me af. Donker houten meubilair domineert de inrichting. De gezellige warmte binnen staat in schril contrast met de koude buitentemperatuur en dompelt me meteen onder in een gemoedelijke sfeer.

Aangedampte ramen

Gelukkig merk ik in een half verdoken hoekje een vrije tafel op. Bij het verplaatsen schuift de rustieke stoel met krassend lawaai over de authentieke mozaïekvloer. Het lezen van de menukaart met een ruime keuze aan tapbieren, diverse frisdranken en enkele snacks wordt bemoeilijkt door de schaarse plafondverlichting. Ramen, die normaal gezien een perfect gezicht op het terras gunnen, zijn zwaar aangedampt. 

Ondanks de steile opmars van hippe bars met hun prachtig en strak designinterieur, zullen de charmante bruine kroegen nooit uit het straatbeeld verdwijnen.

Ongeschreven caféwet

Al snel dwaalt mijn blik af naar een uitbundig groepje stamgasten iets verderop. Als rond een huiselijke open haard verzamelen ze zich aan de mahoniehouten toog. Bovendien lijken deze vaste klanten elk hun eigen plek te hebben, want, wanneer een man van middelbare leeftijd de groep vervoegt, biedt iemand hem zonder enig protest zijn barkruk aan. Een ongeschreven caféwet. Verder is er van enig klassenverschil of een hiërarchie totaal geen sprake. Iedereen is welkom aan de toog!

Slechts één luttele draaiende handbeweging van de laatst bijgekomen man blijkt ruim voldoende om het personeel ijverig aan het werk te zetten en de nodige drankjes te tappen. Een ‘boerke’ voor Bartje den beenhouwer en ‘drieëndertigers’ voor Lange Marcel en Ivo facteur. Ludieke bijnamen vliegen als in het betere stripverhaal rond mijn oren. 

Trage drinkers

Het razendsnelle tempo van rondjes geven is niet weggelegd voor trage drinkers. Maar de koperen scheepsbel voor de befaamde ’tournée générale’ blijft vooralsnog onaangeroerd. 
Bij het buitengaan wenst de vriendelijke dienster me nog een fijne avond. Ondanks de steile opmars van hippe bars met hun prachtig en strak designinterieur, zullen de charmante bruine kroegen nooit uit het straatbeeld verdwijnen. En dat is maar goed ook!  (gastauteur Bjorn Verreet) 
Lees hier meer columns