Antwerps schepen Tom Meeuws heeft onverwachts en per direct onslag genomen in de Antwerpse gemeenteraad. Hij was bevoegd voor sociale zaken, armoedebestrijding, samenlevingsopbouw, sociale economie, leefmilieu en erediensten.
Ik ken een andere kant van hem. Niet de man die steeds ‘met de pijn van een houtsplinter onder een vingernagel’ moest strijden om dossiers er door te krijgen, maar als een enthousiaste percussionist. Hij noemde muziek ooit ‘zijn medicijn’. En na zo’n uitspraak is zijn plotse ontslag te begrijpen.
In onze wijk treedt hij regelmatig op met Captain’s Tabel Street Swing. Met de groep KRAS brengt hij stevig rockwerk, stijl Janis Joplin. Met het ensemble Brasserie Croque-Notes brengt hij een programma rond de Franse chansonnier Georges Brassens. Het ensemble brengt verscheidene avondvullende programma’s rond bepaalde thema’s: literatuur en muziek, leven en werken, vrienden en vriendschap, oorlog en vrede, liefde en overspel en ook de om politieke, religeuze of erotische redenen ooit verboden nummers.
Muziek is voor mij een medicijn.
Tom Meeuws heeft een zeer aparte manier van drummen. Hij streelt, wrijft over de instrumenten en gebruikt een soort vaatdoek, een koord met houten klokjes en zelfs het kettinkje van een lavabo. Het wordt bijna conrete muziek. Maar stevige rock is hem ook niet vreemd.
– Toch nog tijd om muziek te maken?
TOM: Het is voor mij een medicijn om de dagen in de politiek door te raken. Het begon al toen ik klein was. Ik was heel levendig en trommelde thuis steeds op de leuningen van de zetels. Kreeg ik van de Sint speelgoedtrommeltjes, dan waren die na een paar weken kapot en deed ik het de rest van het jaar met lege zeepdozen, zoals die ronde van Dash, die ik ook aan flarden drumde.
Verliefd op de dochter van de dirigent
– Veel fanfares heten Sint-Cecilia omdat zij de patrones van de muzikanten is.
Tom: Ja, m’n eerste stappen in fanfares was bij Sint-Cecilia. Daar heb ik m’n eerste pinten leren drinken, m’n eerste kater gehad en de eerste keer zwaar verliefd geworden. En dan nog wel op de dochter van de dirigent.
– Fanfares en harmonieën zijn ook een stuk verenigingsleven?
TOM: Ja, muziekgroepen zijn belangrijk om met mensen om te gaan van verschillende klassen. En vlak na de oorlog waren fanfares en harmoniën heel belangrijk om mensen van verschillende gezinten en meningen over de oorlog terug bij mekaar te brengen.
Muziekgroepen brengen mensen
van alle gezinten bij mekaar.
Verschillende soorten muziek
– Op welke instrumenten moeten we letten wanneer er een fanfare door de straat stapt?
TOM: Blazers zijn de ambiancemakers. De groskes, de grote trommel, geeft de zware tijden aan. Maar degene die de cymbalen bespelen in fanfares, daar heb ik het meeste respect voor. Een groskes hangt aan de schouders, maar de zware cymbalen moet je voor je houden en da’s een heel gewicht. Daar zitten echte kunstenaars bij. Soms raken de cymbalen mekaar amper, dan weer worden ze open gezet waardoor de klank breder wordt. Blijf niet met je ogen haken op de majorettes die vooraan lopen.
Rockcafés op den buiten
– Zijn er verschillende soorten publiek tijdens optredens?
TOM: In Antwerpen is het eerder was posh. De helft van de cafés zitten dikwijls vol met muzikanten. In rockcafés op den buiten gaat het er losser en heftiger aan toe. (Guido Sanders)