Postbode Koen, op ronde met een tas vol rozen en doornen

Ontmoet postbode Koen, de stralende vriendelijke kracht die de buurt elke dag opvrolijkt. Lees zijn inspirerende verhaal en ontdek hoe zijn betrokkenheid het verschil maakt. Koen Verloo (55 jaar en zot van Aziatisch eten) z’n gezicht staat altijd op zonneschijn.

Koen komt uit een groot gezin uit Heist op de Berg. Hij kon meteen aan de slag bij de constructie-afdeling van autobussen Van Hool en groeide meteen door naar de commerciële afdeling van De Streekkrant en de toendertijd alom gekende Koopjeskrant. In 2001 begon hij als postbode. 

Facteur, een witteke?


KOEN: Na de breuk met een jeugdvriendin ben ik beginnen reizen om alles terug op een rijtje te krijgen. Bij thuiskomst zat er een folder in m’n bus: Postbode gezocht in Berchem. Nog diezelfde week kon ik beginnen. Aanvankelijk had ik wat last van de vele regeltjes, maar nu vind ik het de fijnste job die ik kan bedenken en met plezier doe. Altijd in beweging en contact met mensen. 

– Veel wijkbewoners roemen vooral je vriendelijkheid en betrokkenheid met mensen.

KOEN: Ah ja? Ik doe daar nochtans niks speciaal voor. Misschien is het m’n spontaniteit? En ik ben ook zeer geïnteresseerd in mensen, wou vroeger journalist worden.

– Door die interesse geef je ook aandacht aan mensen.

KOEN: Dat zou kunnen. Veel mensen zijn eenzaam. Soms heb ik de indruk dat mensen me de weg vragen, gewoon om een klapke te kunnen doen. Er komen steeds meer alleenstaanden en voor hen is het leven duurder. Ik ben ook alleen. ’t Heeft voor- en nadelen, zoals het leven, dat ook vol zit met rozen en doornen. En zoals het weer. En m’n tas, d’er zitten zowel verjaardagskaartjes als overlijdensberichten in. Maar m’n werk is m’n sociaal leven.

Honden zien je als een indringer.

Achter het Haagske

– Wat is het verschil tussen postbode zijn op het platteland en in de stad?

KOEN: Op het platteland is het rustiger en simpeler. Is de bewoner niet thuis, dan zeggen de buren: leg het maar achter het haagske. In de stad wordt er veel meer verhuisd en je moet soms dingen in een andere taal uitleggen. Het is veel complexer. Heel rijke mensen hebben soms buren die naar de voedselbank moeten. Weet je dat een van de rijkste mensen van België in Sint-Andries woont?
Soms zie ik ‘arts’ staan op een brief. En die woont in een rijhuis? Op den buiten zijn dat dokterswoningen, vrijstaande villa’s. Wat ik erg vind is dat sommige mensen niet uit de sociale hangmat geraken. Een vangnet voor een bepaalde tijd is nodig. Maar in een stad zijn er zoveel meer opvangmogelijkheden. En alles op voetafstand.

Zoals het coStA of het sociaal restaurant Dagschotel. Op den buiten moet je daarvoor kilometers ver rijden. Ik ben ook blij met de Afro-Braziliaanse dans die Sporting A organiseert. Ik kan er op een speelse manier m’n energie en frustraties mee kwijt. 

– Hoe zit dat met postbodes en gevaarlijke honden?

KOEN: Ze ervaren je telkens als een indringer op hun territorium omdat je nooit binnenkomt. Want dan word je niet ervaren als iemand van de familie. Katten zij daar ook fanatiek in. Een collega is zelfs eens naar de spoed gemoeten omdat een kat aan de achterkant van de brievenbus z’n vingers had open gereten. 

Linkshandigen doen
hun ronde achterstevoor

– In cartoons kom je soms zatte facteurs tegen? Is dat nu nog?

KOEN: Nee, hoogstens wordt er eens een koffie gedronken. Maar dat de bewoonster roept: Kom maar binnen postbode, ik sta onder de douche. Dat zijn fabeltjes. Ook zoals: Factuur, een witteke? Soms wordt er wel grappend gezegd: Een facteur, da’s iemand die gaat van gleuf naar gleuf

Een collega had eens veel kaartjes voor één adres en zei: Amaai, dat gaat hier nogal een verjaardagsfeest worden! Het bleken rouwbetuigingen te zijn. En wat je veel moet horen: Facteur, hou de rekeningen maar bij.

En weet je waarom sommige postbodes hun ronde beginnen aan het einde en dus achterstevoor doen? Maar da’s nu serieus: dat zijn linkshandigen. Een doordenker, he. Maar zie je het voor je?

– En tot slot, wie zijn de gelukkigen waar jij de rekeningen in de bus mag steken? 

KOEN: M’n ronde, zo noemen ze dat, behelst de straten Sint-Antoniusstaat, Bogaardestraat, Schoytestraat, Aalmoezenierstraat, Steenbergstraat, Salm-Salmstraat, Pompstraat, Franckenstraat, Sint-Andrieplaats, Lange Vlierstraat, Rosier, Bredestraat, Happaertstraat en Bogaardeplein.